Vrijwilliger in beeld: Jan Nijhof brengt bewoners van De Speulbrink letterlijk en figuurlijk in beweging
Na een loopbaan van 48 jaar in de ijzerhandel, besloot Jan Nijhof zijn tijd en energie in te zetten als vrijwilliger bij De Speulbrink. Zijn motivatie? “Ik wilde graag iets betekenen voor anderen, vooral op het gebied van fietsen. Ik mountainbike zelf heel graag en ik vind het leuk om deze fietspassie in te zetten voor ouderen. De duofiets vind ik geweldig, en het is prachtig om samen met bewoners op pad te gaan en een glimlach op hun gezicht te toveren.”
Fietsen met een verhaal
Jan kiest bewust bewoners uit die wat eenzamer zijn of minder makkelijk zelf naar buiten gaan. “Mijn vrouw werkt in de zorg bij De Speulbrink en zij geeft bij mij aan voor wie het leuk is of goed zou zijn. Op dit moment zijn er vijf bewoners die graag mee willen. Afgelopen zomer maakte ik wekelijks een fietstocht met één van hen, volgend jaar wil ik dit vaker gaan doen. In de winter vinden de ouderen het vaak te koud op de fiets, dus dan ga ik waarschijnlijk op bezoek om een praatje te maken of samen koffie drinken.”
Tijdens de fietstochten ontstaan bijzondere momenten. “We fietsen vaak langs plekken waar bewoners vroeger hebben gewoond of gewerkt. Dan komen de verhalen vanzelf. Soms herkennen ze een oud huis, een bekende boerderij of ontmoeten ze toevallig een oude buurman. Dat zijn waardevolle ontmoetingen die veel losmaken. Ik kom zelf ook uit de omgeving, dus ik kan zelf ook veel aan hen vertellen. Dit vinden ze vaak erg leuk.”
Mooie anekdotes
Er zijn vele mooie momenten om te delen. Jan noemt er een paar: “Een bewoner wilde graag naar een bankje wilde fietsen die haar man als afscheidscadeau had gekregen van zijn werk. Uiteindelijk kwamen we bijna in Apeldoorn uit. Het bordje met de inscriptie was helemaal groen geworden. Ik heb haar beloofd deze binnenkort schoon te maken.
Tijdens een andere fietstocht knapte ineens onze fietsband. Gelukkig konden we door goede hulp snel weer op pad, maar voor de bewoner was dit natuurlijk een hele belevenis waar nog lang over nagepraat werd. Dit is ontzettend leuk.
En weet je wat ik ook zo mooi vindt? De enthousiaste reactie van de mensen die we tegenkomen. Iedereen groet ons. Dit geeft zoveel energie!”
Waardevol contact
Het contact met de bewoners is voor Jan het mooiste aan zijn vrijwilligerswerk. “Je merkt dat mensen echt uitkijken naar het volgende ritje. Ze vragen soms: ‘Ben ik alweer aan de beurt?’ Zelfs bewoners die slecht zien of horen, herkennen me en zijn blij als ze weer mee mogen. Dat geeft mij veel voldoening.”
Ook met bewoners met (beginnende) dementie heeft Jan goed contact. “Soms vertel je drie keer hetzelfde verhaal, maar dat is helemaal niet erg. Herinneringen van vroeger komen vaak makkelijk boven. Het is mooi om te zien hoeveel plezier ze daaraan beleven.”
Samenwerking en familie
Evelien, de vrouw van Jan, vindt het ook fantastisch dat ze Jan nu tijdens haar werk tegenkomt. “Ik heb hem een beetje gemotiveerd om het te gaan doen. Na je pensioen mis je toch je collega’s en dit biedt nieuwe sociale contacten. Er zijn bovendien zoveel bewoners voor wie de beweging goed is en ook bewoners die verder weinig mensen hebben. Het is fijn dat Jan dan kan helpen. Soms komt hij ook even met een bewoner bij ons thuis aan fietsen en laat hij onze tuin zien. Ze zijn dan helemaal enthousiast, zo leuk!”
Vrijwilligerswerk: voldoening en beweging
Wat levert het vrijwilligerswerk Jan op? “Het is een ontzettend goed gevoel om iets voor een ander te betekenen. Je blijft zelf ook in beweging en je blijft betrokken bij de maatschappij. Het is een nieuwe hobby geworden, naast het klussen, mountainbiken, zwerfstenen verzamelen en tuinieren.”
Oproep: kom erbij!
Jan heeft een duidelijke boodschap voor mensen die twijfelen om vrijwilliger te worden: “Probeer het! Je merkt al heel snel hoeveel warmte en waardering je krijgt. Vrijwilligerswerk geeft echt voldoening – je betekent écht iets voor een ander. We fietsen toch snel een uurtje en het is mooi om te zien hoe trots de bewoners bij thuiskomst zijn. Dat hebben ze toch maar mooi weer even gedaan!”